Een moeilijk begrip

Wat bedoelen we nu met het begrip ‘zingeving’? 

Wat een moeilijk woord…. zingeving. We herkennen er in ieder geval twee woorden in: zin en geving. Het woord zin heeft duidelijk te maken met woorden als zinvol, zinnig en zelfs onzinnig (als tegenovergestelde). Het woord geving kennen we in het Nederlands niet als woord maar we voelen wel aan dat het te maken heeft hoe je ‘ergens zin aan geeft’. Dat het een typisch Nederlands begrip is, blijkt wel uit het feit dat er in het Engels geen woord als ‘zingeving’ bestaat. Hoogstens kunnen we het in het Engels omschrijven, tenminste als we weten wat de betekenis is.

Omdat het een vaag begrip is, zijn er veel definities van het begrip en uiteraard gaat het vaak om definities die niet met elkaar overeenkomen. Bovendien zien we allerlei experts opstaan die ons haarfijn uitleggen wat we onder het begrip moeten verstaan.
We noemen een aantal van deze definities: 

Omschrijving 1:

Zingeving is het zoeken naar betekenis en de behoefte te ervaren dat wat we doen in het leven een waarde heeft. 

Misschien een beetje ingewikkelde zin, maar als we de zin verkorten tot “zoeken naar wat in het leven waarde heeft” wordt het duidelijk. Wat ons aangaat is dat best een aardige definitie.
Het gedeelte ‘zoeken naar betekenis en behoefte te ervaren’ komt helaas wat vaag over.
Het artikel waarin deze definitie genoemd wordt gaat verder met:
…Het heeft te maken met belangrijke levenszaken als: omgaan met de gevolgen van een beperking of aandoening, regievoering over het eigen leven, sociale contacten en aanboren van talenten… (einde citaat).

Wie de cursus ‘Positieve Psychologie en Gezondheid’ heeft gevolgd, weet dat dit alles eerder thuishoort bij de Positieve Gezondheid. Daarin staat immers het uitgangspunt van de nieuwe definitie van gezondheid: kijken naar wat je van je leven kunt maken uitgaande van de bestaande situatie. 

(bron definitie: een artikel van Movision, zie literatuur)

Omschrijving 2:

Zingeving vormt in feite de bron waar eigenregie en participatie op gericht is.
Vrij vertaald: aan de hand van eigenregie stuur je je leven. 

Rond het onderwerp ‘eigenregie’ wordt tevens een afzonderlijke cursus aangeboden.
En het kompas dat je hebt als je de regie over je eigen leven hebt, richt zich dus op zingeving. In het betreffende artikel van Movision wordt vervolgens aangegeven hoe belangrijk dit gegeven is bij gesprekken met bejaarden. Onderwerpen als:

– wat doe je?
– aan welke activiteiten neem je deel (participatie)?
– en waarom doe je dat wel en dat niet?
– heb je weleens overwogen om … te doen?

worden als erg belangrijk ervaren. 

(bron definitie: ander artikel van Movision, zie literatuur) 

Omschrijving 3: 

Met zingeving wordt bedoeld; het continue proces waarin ieder mens, in interactie met diens omgeving, betekenis geeft aan zijn of haar leven.

Een moeilijkere definitie. Je kunt je bijvoorbeeld afvragen wat er precies bedoeld wordt met ‘het continue proces waarin ieder mens, in interactie met diens omgeving’? Maar gelukkig eindigt de definitie met een begrijpelijk gedeelte; ‘betekenis geeft aan zijn of haar leven’.

(bron: Vereniging voor Geestelijke Verzorgers in Zorginstellingen, zie literatuur)

Eerste conclusies

Na het lezen van deze definities wordt het begrip zingeving wel iets duidelijker:

– het heeft kennelijk  te maken met wat je doet in het leven waarvan je bij je zelf denkt ‘nou, dat maakt mijn leven best waardevol’;

– het doen komt tot uiting in jouw activiteiten. Het kan gaan om dingen die je alleen doet of met anderen (participatie);

– het gaat om een ervaring: je beleeft een ervaring die aangeeft of wat je doet al of niet zinnig is en dat het ook voldoening geeft.

Opgave

We zijn nu op een punt beland waarbij het duidelijk is wat we onder zingeving verstaan.
We geven nu een groot aantal voorbeelden en vragen daarbij of dat met het begrip zingeving te maken kan hebben.

Nee, dat is geen moeilijke vraag. Natuurlijk is het drinken van veel alcohol een slechte levensinvulling. Uit onderzoek bij mensen met een drugsverslaving, en alcohol valt daaronder – zien we dat mensen doelen in het leven missen. Ze leven van dag tot dag en uiteindelijk blijft er maar één doel over: het nemen van de drug. Een vernietigende levensstijl waar we verder geen woorden aan zullen besteden.

Veel mensen zullen zeggen: maar dat is toch geen invulling van zoiets als een levensdoel? Die gedachte is erg gevaarlijk want je zal dan al snel kunnen denken dat een bingoavond niet goed is. Natuurlijk is het fijn als je kunt genieten van een bingoavond. Genieten is best iets waar je je op kunt richten. Plezier hebben in het leven is echt niet verboden. We weten dat er groepen zijn die hier waarschijnlijk anders over denken en in feite komt dat neer dat die groepen andere keuzes maken die zij als zinvol voor het leven zien. Genieten van het leven is ook typisch een element dat nu in de positieve psychologie naar voren komt. De positieve psychologie stelt zich de vraag: wat maakt dat mensen gelukkig kunnen zijn? Samen een spel spelen is voor velen iets dat ze als erg fijn ervaren en daar is niets mis mee.

Anderen helpen is typisch iets dat je gelukkig kan maken. Onderzoek uit de positieve psychologie maakt dat ondubbelzinnig duidelijk: helpen maakt gelukkig. We ervaren kennelijk een fijn gevoel als we anderen kunnen helpen. Als we anderen helpen betekent dit bijna altijd dat we iets doen aan de problemen die anderen ervaren. En als door jouw hulp die andere kennelijk een minder groot probleem ervaart, is dat plezierig. Helpen moeten we in dit verband als een breed begrip zien. Zo kunnen grootouders hun kinderen financieel helpen. Maar senioren kunnen ook een luisterend oor zijn om mensen advies te kunnen geven bij problemen. Dat hoeven niet altijd financiële problemen te zijn.

Er zijn zeker mensen die dit ‘het enige goede antwoord’ vinden. Maar het begrip levensdoel is natuurlijk wel een erg zwaarwichtig begrip. We komen in studies over Blue Zones een bepaalde plaats in Amerika tegen waar een religieuze gemeenschap zich duidelijk richt op het belijden van het geloof dat dus zo als levensdoel wordt ervaren. Niet vreemd want een religie is bij uitstek gericht op het aangeven van een levensdoel. En wat ons aangaat is daar niets mis mee. Daarmee willen we niet zeggen dat iedereen zich tot een bepaalde religie moet wenden om tot een levensdoel te komen.
Het moeilijke bij het woord levensdoel is dat het zo zwaarwichtig is en daarmee ook eenvoudige opvattingen afstoot.  

De antwoorden op deze vragen zullen je mogelijk eerder verward hebben dan dat ze je helderheid hebben gegeven.

Veel denkbeelden van nu zijn afgeleid van wat de oude Grieken ons hebben geleerd.

Gaat het om genieten… genot?

Hier zie je een afbeelding van Epicures. Epicures was een Griekse filosoof (341 v.Chr. – 270 v.Chr.) die aangaf dat genot het grootste goed in het leven was. Het woord Hèdonè betekent in het oud-Grieks ‘genot’ en daarom wordt deze levensbeschouwing van Epicures Hedonisme genoemd.

We vermoeden dat voor de meesten de doelstelling “genot” toch wel de nodige vraagtekens oproept. Natuurlijk mogen we best genieten bijvoorbeeld van een bingoavond, maar of daarmee het hoogste doel bereikt wordt…
De vraagtekens worden zelfs erg groot als we weten dat voor veel Grieken genot ook gelijk stond aan lustbeleving. 

We moeten daarbij wel opmerken dat Epicurus’ benadering afwijkt van het beleven van genot zoals wij dat in gedachten hebben. Bij Epicurus gaat het ook om de lange termijn. Zo stelt hij dat veel eten niet goed is, want ondanks dat een heerlijke maaltijd direct genot oplevert, leidt veel eten op den duur naar maagpijn. Genieten dus, maar wel met mate. Daarnaast is bekend dat Epicurus zelf tevreden was met brood en water, met andere woorden een uiterst sober leven leidde. Hij schreef eens: zend mij wat kaas, opdat ik, als ik dat wil, een feestmaal kan houden. 

Ondanks deze waarschuwing wordt het Hedonisme in onze tijd vaak genoemd in het kader van een losbandig leven…

Aristoteles, natuurlijk gaat het om meer!

 

Aristoteles leefde voor een deel in dezelfde periode als Epicures. Hij was dus bekend met de leer van Epicures waarbij het beleven van genot als een  levensdoel werd gesteld. Aristoteles vond die opvatting veel te beperkt en ook gevaarlijk. Voor Aristoteles gaat het veel meer om geluk als doel dat je nastreeft. De mens heeft als taak zichzelf te verbeteren en een mens wordt gelukkig door het vervullen van die taak. 

We behandelen de theorie van Aristoteles nu in een enkele zin en we doen daarmee geweldig afbreuk aan het werk van Aristoteles. Maar met de zin ‘de mens wordt gelukkig door het uitvoeren van een taak om zichzelf te verbeteren’ nemen we wel afscheid van het ‘botte geluksgevoel dat velen koppelen aan het Hedonisme’.
In onze cultuur zien we ook hoe het streven naar het invullen van een, laten we het maar levenstaak noemen, veel nadrukkelijker naar voren komt. In de meeste religies komt het in ieder geval nadrukkelijk naar voren. Maar ook in allerlei bewegingen die per definitie niet religieus hoeven te zijn, komt het ideaal van het invullen van een levenstaak naar voren.

Is genot dan verwerpelijk? Natuurlijk niet en niets verbiedt ons om van een leuke bingoavond te genieten, of van een heerlijke maaltijd te genieten. Maar de geluksbeleving van dit soort activiteiten is wel kortdurend en Aristoteles is nadrukkelijk op zoek naar iets dat voortdurend de weg kan wijzen.
Het vervelende van de definitie van Aristoteles is dat zingeving nu voor velen een wel erg hoogdravend iets is geworden. 

Taak

Ga eens voor jezelf na:

– heb je zelf ideeën over zingeving nu je zover bent gekomen?
– wat spreekt je aan of vind je het begrip veel te hoogdravend?
– als zingeving betekenis voor je heeft, waar gaat het dan om?
– ervaar je problemen als het om zingeving gaat?

Nu geven we Ilse Vooren het woord.

Haar korte uitleg maakt duidelijk dat het bij zingeving niet altijd om zoiets hoogdravends hoeft te gaan.

Conclusies

1. als eerste geeft Ilse Vooren aan dat zingeving inderdaad niet uitsluitend te maken heeft met ‘de grote vragen in het leven’;

2. als je je met die grotere vragen bezighoudt, dan heb je het over vragen die de zin van het bestaan raken. We spreken dan van ‘existentiële zingeving’;

3. zingeving kent verschillende niveaus;

4. het eerste niveau is het niveau van de alledaagse bezigheden;

5. we kunnen ons afvragen hoe die alledaagse bezigheden gekoppeld kunnen worden aan de hogere niveau-vragen.

Taak

Ga eens na wat voor jou typisch dagelijkse bezigheden zijn en of je vindt dat die met een hoger ideaal in verband gebracht kunnen worden.

Voorbeeld: lekker joggen (dagelijks) streven naar een goede gezondheid (hoger niveau).

Op YouTube lezen we:

Victor Kal is filosoof en hoogleraar aan de Faculteit der Geesteswetenschappen van de UvA. Hij schreef verschillende boeken, waaronder De Joodse Religie In De Moderne Wijsbegeerte. In dit boek meent Kal dat de joodse religie de moderne wijsbegeerte in verlegenheid brengt. Onder dit perspectief behandelt hij denkers als Spinoza, Hegel en Marx.

 Antoine Bodar is hoogleraar en sinds 1992 een Nederlandse Rooms-Katholieke priester. Momenteel is hij in Rome actief als priester. In het verleden was Bodar ook presentator bij de publieke omroep waarin hij in het programma Eeuwigh gaat voor oogenblick verschillende politici, schrijvers en theologen ontving. 
 
Af en toe is het gesprek misschien wat hoogdravend, maar voor velen zal het beslist boeiend zijn.

In de volgende les koppelen we het begrip zingeving aan de bekende piramide van Maslow. 

We tonen dat het begrip zingeving zeker ook van de verschillende levensperioden zal afhangen.